Getuigenis van Rotor over het Interreg FCRBE-project

 

Rotor is de leidende partner (lead partner) van het FCRBE-project. Wij waren verantwoordelijk voor de algemene coördinatie van het partnerschap. Daarnaast droegen wij ook het petje van projectpartner. In de praktijk hebben wij dus – net als alle andere partners – ook verschillende deliverables geproduceerd.

 

Door onze positie als lead partner waren wij, al was het maar af en toe, betrokken bij bijna alle deliverables van het project. Het is moeilijk te zeggen aan welke we het liefst werkten… Als wij er één moesten kiezen, was het maken van de 36 materiaalfiches voor ons duidelijk een grote uitdaging! Het was van begin tot eind een grote uitdaging, of het nu ging om het produceren van de inhoud, het managen van het proeflezen, het lay-outwerk of de vertalingen – die we duidelijk hebben onderschat. Het was ook een deliverable die verband hield met een aantal andere projectactiviteiten waarbij wij ook sterk betrokken waren: bezoeken aan handelaars, proefprojecten, methodes voor het plaatsen van opdrachten, enz. Uiteindelijk zijn wij best tevreden met het resultaat.

 

Een punt dat ons in het bijzonder is opgevallen bij dit werk aan de fiches, maar dat ook voor de andere aspecten van het project geldt, zijn de moeilijkheden in verband met de taal. Niet alleen spreken de partners verschillende talen, maar zij hebben ook uiteenlopende achtergronden en praktijken. Als gevolg daarvan kunnen sommige termen tot verschillende interpretaties leiden – of zelfs tot misverstanden of onbegrip!

 

Wij realiseerden ons bijvoorbeeld dat er onvertaalbare termen zijn. Hun betekenis is te nauw verbonden met een bepaalde context (cultureel, regelgevend, technisch, enz.) om gemakkelijk in een andere taal te kunnen worden omgezet. Bijvoorbeeld: het Franse begrip “diagnostique ressources/déchet” wordt zeer goed begrepen in Frankrijk, waar het in een regelgeving wordt omschreven en gedefinieerd. Het is niet zeker dat het even duidelijk zou zijn als het als dusdanig in het Engels of het Nederlands zou worden vertaald. Aan de andere kant lijken andere termen universeel te worden begrepen, maar als je eenmaal wat dieper graaft, besef je dat ze aanleiding geven tot verschillende interpretaties. Termen als “circulaire economie”, “materialenpaspoort” of “deconstructie” lijken in deze categorie te vallen. Afhankelijk van wie ze gebruikt en in welke context, kunnen ze zeer verschillende, mogelijk zelfs tegenstrijdige dingen betekenen. Zo heeft “deconstructie”, opgevat als de zorgvuldige ontmanteling van onderdelen voor hergebruik, weinig gemeen met “deconstructie” in de zin van destructieve sloop waarbij verschillende stromen recycleerbare materialen worden uitgesorteerd.

 

Voor ons waren deze kleine misverstanden, ook al bemoeilijkten zij soms het werk, ook een groot leermoment. Zij geven blijk van een grote verscheidenheid van benaderingen en visies.

 

Dit zou ons advies kunnen zijn aan organisaties die aan dit soort projecten beginnen: probeer de confrontatie van ideeën en visies tot een goed einde te brengen, zelfs als dat betekent dat je het erover eens moet worden dat je het niet over alles eens bent, met respect voor de diversiteit van de standpunten en de goede verstandhouding binnen het consortium. Makkelijker gezegd dan gedaan…

 

Rotor